|
||||||||
Kudsi Erguner is, zoals zijn naam laat vermoeden, Turk van afkomst, maar woont en werkt sinds meer dan veertig jaar in Parijs. Van daaruit is het, zoals we weten, niet erg ver naar Brussel en zo komt het dat deze ney-virtuoos op zeer geregelde tijdstippen in ons land te zien en te horen is. Dat Muziekpublique en dus ook meester-Oudspeler Tristan Driessens daar voor iets tussen zitten, zal dan ook weinigen verbazen, net zo min als het feit dat deze plaat op het Seyir-label van Driessens verschijnt en in Brussel opgenomen werd: ze maakt immers deel uit van het prestigieuze programma, dat erin bestaat telkens een volledige CD uit te brengen van twaalf verschillende instrumentalisten, die van grote invloed zijn (geweest) op de huidige Ottomaanse muziek. Deze CD bevat ruim een uur meditatieve, klassieke sufi muziek, van de soort die van vader op zoon of van meester op leerling doorgegeven wordt: moeilijk om spelen en dus enkel voor de allergrootsten voorbehouden. Niet evident om te beluisteren ook, want, geef toe: wiens Westerse oren zijn erop gericht een uur lang alleen naar een bamboefluit te luisteren? Wel, ik heb goed nieuws: deze plaat is bijzonder toegankelijk en ze bewijst dat, mits het nodige meesterschap, zelfs een hele plaat met slechts één instrument erop, boeiend kan zijn. Toeval is dat niet: Erguner leerde alles van zijn vader, die op zijn beurt alles leerde van zíjn vader. Kudsi was kind aan huis bij alle groten uit het genre en hij mag vandaag gezien worden als één der grootsten ter wereld, als het op ney en sufi aankomt. Dit is puur klassieke muziek, eeuwenoud en nog steeds springlevend: ze vertelt en verhaalt over de mens en zijn grote en kleine kanten, zijn strapatsen en zijn pogingen om van het leven wat te maken. Soms lukt dat, meestal niet en het is de zoektocht naar het goede, die middels de ney -waarvan gezegd wordt dat ze de menselijke stem benadert inzake expressievermogen, vorm gegeven wordt. Goed en kwaad, leven en dood, Eros en Tanathos…dat zijn de thema’s die in deze muziek belicht worden en het enige wat je als luisteraar moet doen, is je oren openstellen: de bijhorende beelden ontvouwen zich als vanzelf via je netvlies. Wie dus kennis wil maken met de Ottomaanse klassieke muziek, kan nergens beter terecht dan bij deze grote meneer, die je jongste jaren zowat in zijn eentje haast uitgestorven muziekvormen in leven houdt. Maurice Béjart, Peter Gabriel,Jordi Savall,Anouar Brahem…allemaal wisten ze hem te vinden en werkten ze met hem samen. Hij werd Doctor Honoris Causa aan minstens twee universiteiten en de Unesco vereerde hem met de titel “Artiste pour la Paix”. U begrijpt dat dit niet toevallig kan zijn en, voor zover u de man nog niet kende, lijkt deze plaat mij de uitgelezen gelegenheid om dat alsnog goed te maken. (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||